Ingeklemd tussen de Mont Sène en de Mont Rome liggen drie dorpjes gevleid tegen de heuvels van de Maranges: Dezize-les-Maranges, Sampigny-les-Maranges en Cheilly-les-Maranges. Bij de wijnliefhebber gaat er wellicht een lichtje branden want de rode Maranges zijn gewaardeerde wijnen. Maar ook voor de wandelaar zijn de Maranges niet te versmaden: rustige weggetjes voeren door de wijngaarden en bieden een prachtig uitzicht op de Mont Rome en Mont Sène. De dorpjes ademen geschiedenis en bieden een mengeling van Romaanse kerken, Keltisch erfgoed en hedendaags ambacht.
Dezize-les-Maranges
Om Dezize-les-Maranges te bereiken moet je enige stuurkunst hebben. De weg kronkelt door smalle straatjes omhoog naar de kerk van Dezize, het hoogste punt van het dorp. Het kerkje dateert uit de 11e eeuw. Vanaf Dezize kijk je op de Mont Sène, ook wel de Montagne des Trois Croix genoemd, een ‘berg’ van 521 meter met inderdaad drie kruizen bovenop. Deze berg werd al door de Kelten bewoond. Bijna op de top ligt een dolmen (hunebed) waar volgens de overlevering jonge maagden en kinderen werden geofferd. Fijn volk, de Kelten. Tegenwoordig is de berg een waar lustoord voor liefhebbers van wilde bloemen en kruiden waaronder zeldzame orchideeënsoorten.
Twee wandelingen door Pays Beaunois
Dezize-les-Maranges is ook het startpunt van twee goed aangegeven wandelingen. Een wandeling loopt door het dal van de Cosanne en voert door Change en Paris-le-Hôpital. De andere wandeling voert volledig door de wijngaarden van de Maranges. Wij kiezen voor deze laatste wandeling en dalen af naar Sampigny. Onderweg komen we het Croix de la Poule tegen. Dit kruis herinnert aan het duel dat de heer van Dezize en de heer van Chamilly met elkaar uitvochten. Zij duelleerden na onenigheid over een kip. De heer van Dezize doodt zijn tegenstander maar verscheurd door spijt plaatst hij het kruis ter herinnering. Verder dalend steken we een veld met wijnranken over en nemen een klein tunneltje onder de Voie Verte door. We komen in Sampigny-les-Maranges.
Sampigny-les-Maranges
Sampigny-les-Maranges is een van de oudste dorpen in de regio en ligt aan de oude Romeinse weg die de Seine met de Saône verbond. Het dorp bezit nog restanten van deze Romeinse en Keltische aanwezigheid. Later werd Sampigny bewoond door monniken van de abdij van Beaune. Veel huizen hebben dan ook een nis met een beeldje van een heilige. De monniken plantten in de 12e eeuw ook de wijnranken van de Maranges. (Dank!) In een watermolen aan de Cosanne is een keramiekatelier gevestigd waar ook werk van andere kunstenaars wordt geëxposeerd: Poterie de Sampigny.
We steken de Cosanne over en volgen dit riviertje een klein stukje. Daarna buigen we af en gaan over een onverhard pad waarbij we langs de wijnranken blijven lopen. We moeten daarna flink klimmen over een klein asfaltweggetje. Maar we komen geen verkeer tegen, het is heerlijk rustig.
Cheilly-les-Maranges
Cheilly-les-Maranges is het laatste Maranges dorpje en ook het grootste. Cheilly ligt aan de voet van de Maranges heuvels en grenst aan het Canal du Centre. Het is een levendig dorpje met veel plezierbootjes op en fietsers langs het kanaal; de Voie Verte loopt hier en verbindt het Canal du Centre met Nolay. In het dorpje ligt ook een oude wasplaats, je moet even van de route af om deze wasplaats te bekijken. Daarna voert de route omhoog naar Santenay-le-Haut. In Saint Jean ben je op het hoogste punt en kun je de hele route overzien: wat een prachtig uitzicht vanaf dit punt! De laatste kilometers leiden weer omlaag naar Dezize-les-Maranges. Als wandelaar heb je nu 11 kilometer lang het terroir van de Maranges ervaren.
