In 2015 zijn de ‘climats’ toegevoegd aan de lijst met Unesco-werelderfgoed. Hoewel de naam anders doet vermoeden is niet de lucht maar juist de grond bepalend voor de ‘climats’. De climats zijn kleine, nauwkeurig begrensde wijngaardpercelen op de hellingen van de Côte de Nuits en de Côte de Beaune. Deze percelen verschillen van elkaar door de ondergrond (het specifieke terroir) en hun ligging tegen de hellingen. Subtiele verschillen maar bepalend voor de kwaliteit van de wijn.
De ‘Climats’ van de Bourgondische wijngaarden
De wijnpercelen zijn gevormd door menselijke cultivatie. Dat is ook de reden dat zij niet als natuurlijk maar als cultureel werelderfgoed zijn aangemerkt. Het totaal van de wijngaarden, dorpen en de steden Beaune en Dijon is door Unesco erkend.
Wijnminnende monniken in Meursault
De wijnproductie in de Bourgogne dateert uit de eerste eeuw. De Romeinen introduceerden de eerste wijnranken in het gebied. Maar de wijnproductie heeft vooral in de middeleeuwen een grote vlucht genomen en de basis gelegd voor de huidige naam en faam van de Bourgondische wijnen. Vooral de kerk heeft een grote rol gespeeld. De stichting van de abdij van Cluny in 910 leidde tot veel benedictijnse kloosters rondom burchten en steden als Gevrey, Morey en Vosne. De monniken voorzagen in hun onderhoud met landbouw waaronder wijnbouw. En omdat de kloosterorde gematigdheid predikte, mochten de monniken wel wijn drinken maar zich niet compleet bezatten. Het wijnoverschot werd verkocht en de inkomsten werden gebruikt voor de kloostergemeenschap. Ook werden gulle giften ontvangen. Zo kreeg de abdij van Cîteaux wijnranken in Meursault van de Bourgondische hertog Eudes I. De wijnkelder gebouwd in Meursault was een van de zes die de abdij in bezit had.
Gestaag werd verder gebouwd aan wijnkelders, kerken, kastelen, priorijen: (religieuze) bouwwerken die onderdeel uitmaken van het culturele erfgoed. Waaronder het beroemde Clos de Vougeot. Ook de bisdommen van Autun en Langres hadden veel grond en wijngaarden in bezit rondom Beaune, Nuits-Saint-Georges en Dijon. Na de Franse revolutie werd dit bezit verkocht en raakte het verdeeld.
Cabottes in de wijngaarden
Naast de beeldbepalende kastelen en wijnhuizen (‘clos’) bestaan de climats ook uit kleinere bouwwerken. Bijvoorbeeld de ‘cabottes’, stenen schuilplaatsen in de wijngaard. De boeren konden hier bij slecht weer schuilen. De cabottes hebben verschillende vormen: cirkelvormig, vierkant, halfrond of geïntegreerd in de muur van het perceel. Maar allemaal zijn ze heel eenvoudig, zelfs een deur ontbrak en een simpele plank of een blok steen diende als zitplaats. De cabottes werden net als de perceelsmuren gemaakt van stenen afkomstig uit de wijngaarden. De stenen werden simpelweg gestapeld zonder gebruik van metselspecie. De gestapelde stenen muurtjes markeren niet alleen de perceelsgrenzen maar voorkomen ook erosie. Verder vind je in de wijngaarden diverse kruizen en kapelletjes. De climats van Bourgogne zijn robuust en, zeker met de Unesco-status, toekomstbestendig. Het weer en het klimaat zijn minder voorspelbaar en betrouwbaar. Een hagelbui kan het harde werken van een heel jaar in vijf minuten tenietdoen. Daarom bidden ook de huidige wijnboeren, hoewel niet meer behorend tot een kloosterorde, voor een goede oogst.
Les Climats kun je bezoeken in Beaune
Meer weten over de wijnbouw in de Bourgogne met zijn climats en grand crus? Bezoek dan het Maison des Climats in Beaune, waar een indrukwekkende digitale expositie je meeneemt op een reis door de geschiedenis van de Bourgondische wijnen.